Ik droomde vannacht dat ik met mijn zussen op een vlonder zat, midden in het Naardermeer. We speelden een mij onbekend gezelschapsspel. Ik draaide de kaart "Vertel welke tante je het meest bijzonder vond toen je tien jaar was, welke toen je twintig jaar was en welke nu." Een aantal ingrediënten kan ik plaatsen, maar waar die tantes nou opeens vandaan kwamen?
Familieziek ben ik niet, maar vele bloedverwanten zijn me zeker dierbaar. Ik kauwde vandaag op de vraag die me door mijn onderbewuste gesteld werd. Ik heb daar geen antwoord op. Wel schoten mij uitspraken van een drietal tantes te binnen die blijkbaar zoveel impact op me hadden dat ik ze altijd heb onthouden.
Tante Annie
Ik was een jaar of vijftien en met een nichtje op Tienertoer. We logeerden bij familie en kennissen, elke nacht op een ander adres. We zochten met zorg een cadeautje voor onze gastvrouwen uit, lieten ons ophalen bij een station of busten naar ons logeerbed, en vertrokken de volgende ochtend weer vroeg. Bij tante Annie in Veenendaal was het gezellig. We poetsten onze tanden boven de wasbak in de kamer waar we sliepen en zaten al aan de ontbijttafel voor ieder ander. Mijn tante kwam naar beneden en merkte op dat wij de badkamer ongemoeid hadden gelaten. "Jullie zijn vieze meisjes, hoor. Zo wil ik jullie niet nog eens te logeren hebben."
Tante Agnes
Ik logeerde dikwijls bij tante Agnes en haar vier dochters in Leiden. Die nacht mocht ik op de studeerkamer. Ik was een jaar of dertien. 's Nachts had ik geprobeerd de krolse katten in de tuin het zwijgen op te leggen. Ik had de balkondeuren geopend, een paar onschuldige zaken naar beneden gegooid en hier en daar ergens tegenaan geschopt, onderwijl "ksst! stil!" sissend. Mijn tante was er wakker van geworden en uitte 's ochtends haar verbazing over mijn gedrag. "Sinds ik Minoes heb gelezen, vind ik het enig, die pratende katten."
Tante Wil
Met mijn neus bovenop het mes keek ik als elfjarige naar mijn tante Wil die een groot blok ijs in negen stukken probeerde te snijden. Ik constateerde dat de porties van ongelijke grootte waren en zei dat natuurlijk hardop. Tante Wil verzuchtte al hakkend "Als ik ergens een hekel aan heb, dan is het wel aan eerlijk delen."
zondag 14 januari 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Heeft mijn moeder dat echt gezegd? Dat ze dol is op Minoes, klopt als een bus, maar in mijn herinnering trachtte ze regelmatig krolse of vechtende katten te verjagen met een grote emmer water... ik zal het haar eens vragen.
@elsje:
Zou het niet kunnen zijn dat ze deze nacht lekker lag te slapen en de katten niet gehoord zou hebben, ware het niet dat in de kamer naast haar dat logerende nichtje kabaal begon te maken ...?
Een reactie posten