Mijn oudejaarsavond bracht ik door aan de tuintafel met de oudste zoon en het scrabblebord. Er was een vuurtje en net iets te veel wind. En er was een twaalfjarige die met enige moeite tegen z'n verlies kon en heel graag mooie woorden wilde leggen, en soms ook met wat hulp, en die - zoals anderen decennia voor hem - verontwaardigd was dat deurmap niks is, en dat vi niet mag.
Ik was een moeder die het plankje van haar kind naar zich toedraaide en - naar waarheid en bemoedigend - uitriep 'wat een prachtige letters!'. Ik legde uit dat alle letters in één keer kunnen leggen (gisteravond met wateren), best zeldzaam is, en dat 100 punten nog ingelopen kunnen worden. Ik was mijn eigen moeder.
Tegenover mij werd het blijspel Ina als kind van twaalf gespeeld. Eén voor een kwamen de woordenboeken op tafel, werd opportunistisch gebladerd, zag ik de trots terug als een zesje werd gelegd, met hoe weinig punten dan ook. Ik zag de overweging een paar letters in het zakje terug te smokkelen en de beslissing het niet te doen. Soms ben ik mijn eigen kind.
Ik was de moeder die de stand bijhoudt. Met de speeldatum bovenaan het blaadje. De moeder won, met 317 punten.
zondag 29 april 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten