woensdag 3 november 2010
Nanologboek (2)
De lange zoon moet een logboek van handvaardigheid maken. Lastig als de structuren in jouw hoofd niet die zijn dewelke je geacht wordt te hebben gevolgd volgens de docent. Zouden er leerlingen zijn die dat wel zo doen? Eerst nadenken over de materialen, deze keuze op papier beargumenteren, dan een aantal (nee, niet een aantal, precies drie) schetsen maken? Die keurig vier referentiebeelden bij hun eigen nog te creëren product hebben gezocht?
Nanowrimo legt slechts 1.667 woorden per dag op. En zelfs dat niet. 50.000 in één dag mag ook. Als er op 30 november 24.00 uur lokale tijd maar minstens dat aantal zijn. Alles wat ik een boek noem, dat noemen zij het ook.
De tweede schrijfdag was even persen. Op de terugweg op de brug over de IJssel typte ik het 2004de en laatste woord aan het hoofdstuk over Onno Heemink. Ook met hem loopt het niet goed af.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten