
Ik ben een geboren kampeerder. Dat enkele feit kan me gelukkig maken. Nog heerlijker is dat man en zonen de liefde delen. Sinds ik zonder ouders op vakantie ging doe ik dat per tent. De enkele keren dat niet onder doek werd overnacht, was omdat het hartje London was, of januari. Of allebei.
Niets heerlijker dan de geur van gras, het moe-zijn 's avonds van alleen maar buitenlucht, een sterrenhemel tijdens een nachtelijke plaspartij. Ik heb inmiddels overal wel gestaan: op superdeluxe campings, op een knollenveldje bij de boer, op gras, op rotsen, in de duinen, hutjemutje, in het niks, tegenover een vallende boom, naast een inslaande bliksem, op stromen regenwater, in regen, zon, wind, mist, alleen in de tent, met twee, met drie, met vier. Ik heb - vooral midden in de nacht - poesjes te gast gehad, en egeltjes en één keer een miljard of wat mieren.
Het is allemaal wel steeds minder primitief geworden. Twintig jaar geleden een slaapmatje nog een te grote luxe, laat staan een stoel of tafel. De laatste jaren was ik wel in bezit van een zelfopblaasbaar ding dat ik bijna bed zou willen noemen en een stuk stof dat dit matje in een stoel kon omtoveren. Dit jaar gaan we voor het tweede jaar met de auto op vakantie. En nu gaat het hard met de parafernalia. Dekbed in plaats van slaapzak, hoofdkussen, stoeltje, kampeertafel en .... een tent waarin gestáán kan worden.
We hebben flink wat opzien gebaard met onze Toermalijn Luifel van de Zwerfkei, de laatste tien jaar. Vooral als we er 's ochtends alle vier fris en fruitig uit kwamen kruipen en we 's avonds ook nog culinair waren en als enige op het veldje een kurketrekker bij ons bleken te hebben. De laatste jaren hadden de jongens al een apart slaaptentje. Dat maakte de toermalijn een ruime luxe tent-voor-twee. Ideaal, op de hoogte na. Het gaat na al die jaren toch vervelen om altijd bukkend of op de rug rollend de kleren aan te moeten trekken. Bovendien is een echte tent-tent saai als het regent: ritsen dicht en maar naar het doek staren. Dus toen Stach een paar weken geleden met pré-puberale onhandigheid door het kleine tentje viel en een stok het doek scheurde, besloten we twee vliegen in één klap te slaan en te gaan voor één grote nieuwe tent.
Gisteravond hebben we 'm proef opgezet, onze Eureka! Tunnel Vision Cotton. In deze tijd van ambtelijke ontkokering een cadeau, zo'n naam. En hoe groot (genánt groot vindt Stach) en hoe gezellig (met z'n vieren in één tent, héérlijk) en wat lekker veel ritsen. Nog tien dagen, dan staan we ergens in Zweden.