Lekker nagenieten van Buitenkunst. Lief kaartje van kleine zusje.
zondag 19 augustus 2012
dinsdag 10 januari 2012
Stofnest
Ze moet een jaar of 40 jaar zijn. Bij haar geboorte droeg ze de groene broek nog niet, en had ze zwarte, korte haren. Ze was een moetje. Voor de zeven- of achtjarige moeder was het nog een hele bevalling. Het kind werd beloond met het cijfer 6,5. Voor de jonge moeder, die bepaald niet uitblonk in handarbeid, een bevredigend einde van de worsteling. Toen nog geheten: pop. Ze mocht blijven, zonder naam. Langzaam werd ze dierbaar.
Een jaar of vijf later zat de jonge moeder in de tweede klas van het gymnasium. Na de brugklas wilde ze graag gymnasium doen, want - zo had ze op het voorkeurformulier gemotiveerd - dan heb ik tenminste geen tekenen meer. Helaas, handenarbeid moest nog een jaar gevolgd worden. Met een vrije opdracht. Voor de jongens: bouw een robot. Voor de meisjes: maak een pop. Thuis te doen. In eigen tijd.
De dag voor de inleverdatum werd pop achter het bed vandaan getrokken. Het geval kreeg eindelijk een broek. De mot zat in de haren, dat zou opvallen. Een nieuw kapsel werd aangemeten. Iemand suggereerde nog een nieuwe mond, of misschien zelfs echt een nieuwe pop maken voor de immers nieuwe opdracht? Daar was geen tijd meer voor, of te lui, of wat dan ook *)
De pop oogste lof. Een dikke acht compenseerde de 3,5 voor de gefiguurzaagde tekkel, die met de laatste gebroken zaagjes in de prullenbak was beland.
Het voelde als bedrog. Dus? Toch? Maar? En? Pop werd dierbaarder en dierbaarder.
(De eeuwige verloofde suggereerde rond pops 20ste verjaardag dat het tijd werd om afscheid van haar te nemen. Kan dat stofnest weg? No way, Jose!
Ze had eindelijk een naam. )
Stofnest mag mee naar het werk. Naar het leertraject voor de veranderaars. Als illustratie dat ik het kan. Ik, de brave poppenmoeder, de uitsteller, de handwerker tegen alles in. Ik kan het: fuck the system. Al heette dat in 1977 nog niet zo.
Helaas bleek ze onvindbaar, want het opruimen van de zolder was uitgesteld. Woede, of paniek, of wat dan ook *): deze kerstvakantie eindelijk ging ik de zolder op met papierbak en klamvochtige doek. Daar was ze, en ze mag nog steeds blijven. Jaren en jaren in die doos en toch nog die dankbare scheve lach. Niet alles hoeft te veranderen.
*) wat dan ook: nu nog even dit boek lezen, en ik weet hoe het komt.
zaterdag 3 december 2011
Ontspullen (2)
Het gaat er van komen. Stapje voor stapje. De oogst van dit weekend. Voor wie het hebben wil:
- Drie Gispen stoelen. Geschatte ouderdom: 40+ jaar
- Hometrainer. Batterij leeg. Gebruikt: ooit, ja, best wel hoor.
- 2 paar skeelers. Voeten gegroeid, wieltjes licht versleten.
- Kleding maat enorm: paarse winterjas, beige lang colbert, ruitjesbroek voor mollige golfster
100 waxinelichtjes, 10 postkaarten, voedsel.
Oordeel van de jury: het begin is er. Ga zo door!
zondag 20 november 2011
En jawel hoor: het paste eveneens
Dit is de aspergepan. De aspergepan wordt niet vaak gebruikt, omdat het
1) een pan is met maar één functie en
2) niet zo lang aspergetijd is
Daarom staat de pan achterin de trapkast, aan het voeteinde van het bed, zeg maar, als Harry Potter bij ons zou wonen.
Ingevroren asperges zijn in november nog goed te eten, en daarom graaide ik over de oude kranten, schoonmaakemmer, wc-papier, afvalplastic, en wat dies (veel) meer zij, naar de speciale pan. Hoera gevonden. Maar de deksel bleef verstopt.
Cees Buddingh' schreef het onvolprezen gedicht Pluk de Dag. Dit type levensvreugde, dáár zouden we bij Albert Heijn voor in de rij moeten staan, in plaats van voor die (alweer plastic!) spaarfiguren.
Vast dankzij Buddingh' greep ik naar deksel van ons kleinste kookpannetje. En jawel hoor.
****
zaterdag 19 november 2011
Reformatorisch OK
De foto is van André Dorst, laat ik niet vergeten dat in ieder geval te melden.
Moest ik nu met mijn benen onder de tafel omdat ik geen rok droeg, of is dat ouderwets stigmatiserend gedacht? Waarom trekt mijn rug zo statig recht als ik mijn buik inhoud? Waarom houd ik ùberhaupt mijn buik in, onder tafel?
Het duurt maar een half uurtje, inclusief koffie drinken, zo'n fotograaf over de vloer. Daarna kostte het me langer om al die kaarten in de doosjes terug te frutten.
Menig lezer zal zich tot het eeuwige afvragen:
- Waarom zijn de gordijnen niet wat verder opengetrokken?
- Welk muziekstuk staat op de piano?
- Waarom zijn de tuinstoelen nog niet opgeruimd in november?
- Waar kocht ze die kaartenmolen?
Het artikel verscheen op donderdag, een kolom lang. De andere vijf kolommen gaan over TBS'ers. Dat maakt ouderwets nederig.
***
zondag 13 november 2011
Jammer maar helaas
De handdoek is in de ring gegooid. Geen nanowrimo-winner dit jaar. Want het moet wel een feestje blijven. Deze november is er teveel. Teveel leuks om dit leuk te houden.
Het is niet anders. Om met Gertrude Stein te spreken: Rose is a rose is a rose.
Of om mezelf te citeren: Tante pis.
***
Het is niet anders. Om met Gertrude Stein te spreken: Rose is a rose is a rose.
Of om mezelf te citeren: Tante pis.
***
zondag 6 november 2011
Schoenengek
Zondagmorgen. Ik luister naar Vroege Vogels. Luisteren is een groot woord. Het is mijn behang terwijl ik mijn zondagmorgendingen doe. Als eerste op, altijd. Beetje surfen, postcrossingkaartjes sturen, hier en daar wat opruimen, plannen maken voor de rest van de dag, mailtje, ontbijtje.
Ik hoor Vivaldi en denk aan een dirigent van 20 jaar geleden, met wie ik onder andere het Gloria van Vivaldi zong. Het zou grappig zijn als hij het gedirigeerd zou blijken te hebben, denk ik nog. Ik denk er niet bij na waarom juist hij in mijn hoofd komt. Als ik mezelf ernaar gevraagd had, dan zou ik denken dat het te maken moet hebben met de vriendin van uit die tijd, met wie ik ook zoveel zong, die ik onlangs weer zag.
Dit alles verklaart niet dat dezelfde man vijf minuten later op de Fenolijn te horen is. Overigens ook nog met een waarneming die ik zelf ook deed: jonge eendjes.
Wat is toeval toch leuk.
Mijn geest draait overuren. Misschien altijd wel, maar in ieder geval in november als ik weer eens een boek schrijf. Karakters moeten verzonnen, de karakters moeten kleren dragen, hobbies hebben, een verleden, rare gewoontes, moeilijkheden om te overwinnen. Na een paar dagen blijk ik het veel over schoenen te hebben in mijn boek. Zo schrijft mijn hoofdpersoon een column in Ouders van Nu, waarin een schoenengek een prominente rol vervult. Diederik is schoenenimporteur en tevens haar echtgenoot.
Al eerder deze week googelde ik langs de schoenen van Kobi Levi. Zijn ontwerpen zijn werkelijk fenomenaal. Voor iemand die niet met schoenen heeft (of moet ik zeggen: dacht te hebben), heb ik er erg lang op rondgekeken, op zijn site.
Eerder dit jaar kocht ik een auto. Ik ben er blij mee, maar natuurlijk heb ik geen topkoop gedaan. Ik weet er gewoon te weinig van, van auto's, ik ben geen keiharde onderhandelaar met mijn eigen geld, en dan wil ik ook zo'n jonge verkoper nog pleasen. Een paar weken later bleek de jonge verkoper er niet meer te werken. Er werd niets gezegd, maar ik kreeg het idee (en de rest verzon mijn geest er bij) dat hij niet uit zichzelf was vertrokken.
Gisteren bracht ik een paar schoenen naar de schoenmaker. Hé, een nieuwe zaak in de stad. Schoenenwinkel annex schoenmakerij. Ik loop langs de rekken en bedenk dan dat mijn pumps met het losse klittenband nog thuis liggen. Terwijl ik mij omdraai wordt een andere klant benaderd door de winkelbediende. Mag ik u van dienst zijn? Het is mijn automan.
Uitvlucht, zijweg of ei van Columbus
Margriet Buitenpost blijkt een schrijfster. Een sappelige. Columpje hier, enkel kort verhaal daar. Wel een vaste rubriek in een gratis krant. Daarin beschrijft ze briefjes die ze in de openbare ruimte ziet hangen. In een boek over haar mogen al deze pennenvruchten niet ontbreken!
zaterdag 5 november 2011
November boekenmaand
Ik doe voor de vierde keer in acht jaar mee aan Nanowrimo. De eerst keer strandde ik al na een paar dagen, de tweede en de derde keer leverde een heusch boek op. Dit jaar moet het derde boekenkind geboren worden. De eerste twee dagen liepen als een zonnetje.
Margriet Buitenpost maakt gelijk nogal wat mee. Ze moet vast in het echt bestaan, dus als ze zichzelf ook googelt (en wie doet dat niet?) dan weet ze nu dat er een boek over haar geschreven wordt. Ze is in therapie, en krijgt de meest absurde opdrachten. Het houdt me lekker van de straat.
De jongste zoon doet dit jaar mee. Hij gaat, hoewel pas 15 jaar, voor de grootste uitdaging van de 17-jarige: 25.000 woorden in 30 dagen. Hoewel drie keer zo oud, geldt voor mij slechts het dubbele. Het zijn een hoop woorden.
dinsdag 18 oktober 2011
maandag 17 oktober 2011
zondag 16 oktober 2011
Alweer een plot op straat
Nou ja, niet echt op straat, maar in de stoel vóór me in de trein van Utrecht naar Den Haag. Ons pap en ons mam krijgen een kaartje minder.
zaterdag 15 oktober 2011
vrijdag 14 oktober 2011
No plot? No problem?!
Nog ruim twee weken te gaan voor nanowrimo. Ik ga in de maand november weer een boek schrijven. De zenuwen beginnen zich langzaam te roeren, want ik heb nog geen karakters, nog geen plot, zelfs nog geen idee. Om mezelf nog meer op de kast te krijgen, roep ik hier maar in herinnering dat ik zelfs nog een gothic fantasy novel overweeg. Help!
Zo ontspannen mogelijk - nu nog - zoek ik naar inspiratie. Autorijden wil helpen, of met de trein zonder boek. Ik draai Hair, bij wijze van geestverruimend middel. Ik luister mensen af. Lees de kleine berichtjes in de krant wat vaker.
Als ik over een week of zo nog niks heb, dan hoef ik alleen maar naar mijn grote stapel door mezelf volgekladde notitieboekjes te spoeden. Daar vind ik in ieder geval genoeg ideeën. Maar wat nou als dat niet zo is? Daarom de zoektocht naar een idee. Nu!
Is dit wat? Woensdagavond op straat. Een kletsnatte avond, tussen de buiend door, tegen tienen. Op nog geen 200 meter van het restaurant lag de kaart voor mijn voeten. Droog, als Gideons schapenvacht.
Wie is kels? Wie is Jasper? Wie verloor deze kaart? Werd hij verloren, of weggegooid? Is de kaart wel aan Jasper gegeven? Is het handschrift inderdaad van een meisje? Waar is de kaart geschreven, op de wc naast de boomering kaartenhouder? Hoe goed kent ze Jasper als het gewoon Jasper is, en niet lieve, zelfs niet beste? Wanneer besloot ze dat de date romantisch was? Komt er nog een volgende? Komt Jasper thuis, vraagt zijn moeder 'was het gezellig?', en grijpt hij mis naar de kaart in zijn rugzak? Waar is kels in vredesnaam een afkorting van ??
maandag 29 augustus 2011
Deer Hunter
Ik heb biologen onder mijn vrienden en familie, maar wellicht ook andere natuurvorsers? Wat heeft P. gevonden in de Dolomieten? Ik gok op een stuk van een hert(je), maar ruil dit in voor elke niet-gok. Wie weet het zeker?
****
****
Abonneren op:
Posts (Atom)